Veilige kerk
Beleid Veilige Magnuskerk
Bijlage A Gedragscode107.41 KB
Bijlage B Profiel vertrouwenspersonen666.55 KB
Bijlage C Protocol seksueel misbruik271.77 KB
Bijlage D PKN routekaart bij meldingen745.89 KB
Bijlage E PKN Stappenplan Veilige Kerk1.11 MB
Beleid Magnuskerk inzake Veilige Kerk.pdf191.11 KB
Inleiding
De gemeente moet een veilige plek zijn, waarin we met elkaar het geloof mogen beleven, naast elkaar mogen staan en in liefde met elkaar mogen leven.
Het beleid ‘Veilige Kerk’ is niet bedoeld om de gemeente te zuiveren of om te veroordelen, maar juist vanuit het besef dat we onze naaste en onszelf mogen beschermen, moeten voorkomen dat mensen op een verkeerde plek werkzaam zijn en zorgen dat iedereen tot bloei mag komen, zodat we als gemeente hier op aarde het lichaam van Christus mogen vormen.
We moeten echter nuchter zijn en concluderen dat we hierin soms tekort kunnen schieten.
In sommige gevallen kan dit leiden tot grensoverschrijdend gedrag en kunnen mensen slachtoffer worden van het handelen van anderen. De wijkraad realiseert zich dat grensoverschrijdend gedrag ook in onze kerkelijke gemeente voor kan komen.
Van belang is dat we als gemeente ons ervan bewust zijn dat er machtsongelijkheid bestaat binnen de gemeente en dat dit kan leiden tot onveilige situaties zoals ongewenst gedrag jegens een gemeentelid of om pogingen tot fraude. Als wijkraad willen we het risico op ongewenst gedrag verkleinen en indien dit toch optreedt het zo snel mogelijk signaleren om de gevolgen voor het slachtoffer te beperken en degene die dit gedrag vertoont, hopelijk tijdig, te corrigeren.
Naast bewustzijn van wat een Veilige kerk zou moeten zijn en respectvolle omgang met elkaar is het goed om als gemeente duidelijke regels en beleid te hebben. De synode van de PKN heeft in april 2024 uitgesproken dat gemeenten plaatselijk beleid over veilig omgaan met elkaar te formuleren; dit dient per 1 juli 2025 afgerond te zijn.
In dit beleidsstuk is beschreven hoe dit vorm wordt gegeven binnen de Magnuskerk-gemeente te Anloo. Hierin wordt gewerkt vanuit de volgende punten:
1. Bewustwording
2. Preventie
3. Verklaringen Omtrent Gedrag
4. Vier-ogen principe
5. Interventie
6. Vertrouwenspersonen
7. Nazorg
8. Communicatie
9. Vasthouden van beleid
1. Bewustwording
De basis voor het beleid is bewustwording binnen de kerkelijke gemeente. Bewust zijn van machtsongelijkheid onder gemeenteleden en de effecten daarvan.
Machtsongelijkheid kan leiden tot ongewenst gedrag - de ander ervaart dit in eerste instantie niet als storend of wil daar geen aandacht aan besteden. Tot het gevoel van veiligheid wordt aangetast.
Om bewustwording rondom het thema veiligheid te vergroten, is het volgende van belang:
a) Erkennen dat grensoverschrijdend gedrag ook in de eigen gemeente voor kan komen. Grensoverschrijdend gedrag is niet alleen seksueel misbruik, maar kan zich ook uiten in de vorm van pestgedrag, uitsluiting, verkeerde grapjes of fraude etc. We vinden het juist belangrijk om te noemen dat het ook kan gaan over ook de kleinere vormen van sociale onveiligheid.
b) Bewust zijn dat alle gemeenteleden recht hebben op een Veilige Kerk.
c) Vasthouden van de aandacht voor het onderwerp: op beleidsniveau regelmatig agenderen van het beleid ‘Veilige Kerk’; wat doen we, gaat het goed en wat kan beter.
d) Erop toezien dat in bijeenkomsten (gespreksgroepen, catechese, vieringen) zo nu en dan gebruik gemaakt wordt van activiteiten en werkvormen die bewustwording over veiligheid bij de gemeenteleden, van oud tot jong, vergroten.
2. Preventie
De wijkraad is verantwoordelijk voor de veiligheid in de gemeente – maar in feite is het de verantwoordelijkheid van iedereen. De wijkraad is de beleidsmaker en initiatiefnemer; ook dient de wijkraad één en ander te faciliteren.
De wijkraad stelt vertrouwenspersonen aan (zie verder paragraaf 6: Vertrouwenspersonen).
De wijkraad controleert aan de hand van het PKN stappenplan wat de stand van zaken is in de gemeente en of de communicatie omtrent het beleid Veilige Kerk voldoende op niveau is.
3. Verklaringen Omtrent Gedrag (VOG)
De generale synode van de PKN heeft vastgelegd in de nieuwe generale regeling 16 (artikel 2, lid 2) dat het voor bepaalde vrijwilligers verplicht is een VOG aan te leveren. In de regeling staat een lijstje met personen waarvoor de VOG verplicht wordt:
a. alle ambtsdragers
b. alle anderen die namens de gemeente pastorale taken hebben
c. mensen in functies die daarmee op regelmatige basis (bege)leidinggeven aan minderjarigen of kwetsbare mensen zodat een persoonlijke band kan ontstaan
d. mensen in functies waarin men herhaaldelijk als enige volwassene samen is met minderjarigen of kwetsbare mensen
e. vertrouwenspersonen als bedoeld in art. 3
f. mensen in overige functies waarbij de genoemde verklaring door de wijkraad als zinvol preventief middel wordt geacht.
De term kwetsbaar is een onduidelijke term. Iedereen kan in een bepaalde situatie kwetsbaar zijn.
De wijkraad heeft gekozen om mensen een VOG te laten overleggen die vallen onder de categorieën a, b, c, en e;
de wijkraad heeft ervoor gekozen om de kosters die in dienst zijn van de kerk onder categorie “d” c.q. “f” te noemen aangezien zij in de gemeente en in het dorp veel individuele contacten onderhouden op regelmatige basis en omdat hen vaak in vertrouwen dingen worden verteld.
Bij het aanvragen van de VOG moet men voldoen aan het Profiel Personen (85 Belast zijn met de zorg voor (hulpbehoevende) personen, zoals ouderen en gehandicapten).
Bij herbenoeming van ambtsdragers of andere functionarissen dient steeds opnieuw een VOG overlegd te worden. De kosten hiervan worden door de gemeente gedragen (abonnement e-herkenning, VOG aanvrage zonder DigiD en voor de predikant).
In de navolgende tabel wordt een overzicht gegeven van groepen waarin vrijwilligers dienen die in aanmerking komen voor het overleggen van een VOG.
VOG | Doelgroep | |
a | Alle ambtsdragers | Hele gemeente, inclusief elkaar |
b | Pastorale bezoekcommissie | Hele gemeente en elkaar |
c | ||
d/f | Kosters | Mensen in gemeente en dorp voor wie zij pastorale taken verrichten en schoolkinderen in de Pluktuin |
e | Vertrouwenspersonen |
4. Vier-ogen principe
De wijkraad hanteert het vier-ogen-principe, al zal deze situatie zich wellicht zelden voordoen binnen de gemeente.
Dit principe houdt in dat twee personen als leiding bij groepen van minderjarigen aanwezig zijn. Het hoeven niet altijd twee volwassenen te zijn, een volwassene en een jongere (18+) kan ook. Ook hoeven de twee personen niet altijd in dezelfde ruimte te zijn; wanneer de toegang tussen de ruimten maar open is (ramen, glas in of naast de deur, deur open). Dit is bijvoorbeeld van toepassing tijdens een kindernevendienst of crèche of misschien in de Pluktuin.
Het vier-ogen-principe is niet alleen essentieel om onveilige situaties te voorkomen, maar ook om praktische redenen prettig, bijvoorbeeld als een kind naar het toilet moet of terug naar de ouders wil. Je staat er als leiding niet alleen voor!
5. Interventie
De Magnuskerkgemeente kiest ervoor een Veilige Kerk te zijn voor alle leden.
Gemeenteleden kunnen bij vertrouwenspersonen terecht met hun vragen, vermoedens en meldingen inzake grensoverschrijdend gedrag. (Zie hiervoor ook paragraaf 6. Vertrouwenspersonen)
Deze vertrouwenspersonen kunnen ook bij eigen vermoedens van grensoverschrijdend gedrag binnen de gemeente proactief iemand benaderen.
Het plaatselijk meldprotocol (bijlage A) geeft de gemeenteleden inzicht in wat ze kunnen doen als ze zich zorgen maken over een situatie in de gemeente of als ze zelf een melding willen doen. Het plaatselijk meldprotocol wordt gehanteerd naast het protocol dat beschikbaar is vanuit de PKN als de gemeente wordt geconfronteerd met (seksueel) misbruik in pastorale en gezagsrelaties (zie www.smpr.nl). Voorts is er een routekaart (bijlage B) beschikbaar specifiek voor vertrouwenspersonen hoe te handelen als er via verschillende wegen meldingen bij hen binnenkomen.
6. Vertrouwenspersonen
De federatie PKN Anloo-Zuidlaren i.o. stelt minstens twee vertrouwenspersonen aan, in principe een man en een vrouw.
7. (Na)zorg
We besteden aandacht aan (na) zorg voor slachtoffers en daders op verschillende manieren, namelijk:
We geven nazorg en pastorale zorg aan slachtoffers van grensoverschrijdend gedrag in de gemeente;
We geven nazorg en pastorale zorg aan daders van grensoverschrijdend gedrag in de gemeente. Dit kan niet dezelfde persoon zijn die het slachtoffer begeleidt.
Sommige gemeenteleden kunnen slachtoffers dan wel daders van bijvoorbeeld seksueel misbruik, huiselijk geweld, vormen van machtsmisbruik en criminaliteit zijn. We begeleiden slachtoffers dan wel daders actief naar professionele of gespecialiseerde hulp waar nodig en gewenst.
Bedreigende of onveilige situaties kunnen zich ook voordoen op het werk zoals bij ambulancepersoneel, militairen, politie, werkenden in de zorg hulpverlening en onderwijs. We willen in onze gemeente ook aandacht geven aan hun omstandigheden. Zij willen gehoord, gezien en erkend worden. We zijn ons daarvan niet altijd bewust en willen er zijn voor gemeenteleden die hier onder de oppervlakte aan lijden en hun een veilige plek kunnen geven in de gemeente.
8. Communicatie
Binnen onze gemeente willen we duidelijk communiceren over de wijze waarop we als gemeente een veilige omgeving willen zijn, waarin er oog is voor de ander en er veiligheid wordt ervaren door gemeenteleden. Om dit vorm te geven wordt op de volgende wijze gecommuniceerd met de gemeente:
Tijdens de implementatie van het beleid wordt de gemeente op regelmatige basis geïnformeerd over het beleid, het aanstellen van vertrouwenspersonen en het proces rondom de aanvraag van VOG’s. Dit gebeurt middels berichten in het Magnusnieuws.
Op de website van de gemeente wordt het beleid, de bijbehorende bijlagen en informatie over de vertrouwenspersonen gepubliceerd zodat dit voor ieder is terug te vinden.
Informatie over de aangestelde vertrouwenspersonen wordt tevens in de hal van de Magnuskerk gepubliceerd. Ook worden elk kwartaal de gegevens van de vertrouwenspersonen in de het Magnusnieuws gepubliceerd.
Het document wordt opgenomen in het beleidsplan. In het Jaarplan van de wijkraad wordt de jaarlijkse rapportage door vertrouwenspersonen aan de wijkraad opgenomen; tevens wordt dan het beleid van het afgelopen jaar geëvalueerd en zo nodig aangepast.
9. Vasthouden van beleid
Om te zorgen dat het beleid rondom een Veilige Kerk over de tijd heen actueel blijft, worden de volgende stappen genomen om het beleid vast te houden:
Met de evaluaties van het beleidsplan in de kerkenraad zal ook een evaluatie van het beleid Veilige Kerk worden uitgevoerd; dan zal zo nodig het beleid aangepast worden. Dit zal mede gebeuren op basis van verslagen of rapportages van de vertrouwenspersonen. Over de evaluatie en eventuele aanpassingen wordt in de gemeentevergadering verslag gedaan.