Speulkoele: Grote veranderingen in een klein bos
Speulkoel: Grote veranderingen in een klein bos
Voor veel mensen is het Speulkoelbos (aan de Bosweg, tussen loonbedrijf Boer en het parkeerterrein van de gemeente) een vertrouwd onderdeel van een kleine of grotere wandeling. De diaconie van de Magnuskerk -eigenaar van het bosje- heeft ingrijpende plannen voor herinrichting, die de vertrouwde aanblik van het bos nogal veranderen. Het komt erop neer, dat het deel van het bos met lariks gekapt en van nieuwe beplanting voorzien wordt.
Een gekapt bosgedeelte geeft geen fijne aanblik, hoe mooi het later ook weer zal opgroeien. We kunnen ons dan ook heel goed voorstellen dat deze veranderingen voor veel mensen pijnlijk zijn. Ook voor de stichting Rondom Magnus is het een teleurstelling dat het ‘bosgevoel’ enkele jaren sterk verminderd zal zijn. We willen daarom zo goed mogelijk uitleggen wat de plannen zijn en wat de overwegingen daarachter zijn.
De diaconie en het bos
Binnen de kerk heeft de diaconie de taak om voor behoeftige medemensen, ver weg of dichterbij, te (laten) zorgen. Ooit stichtte de diaconie bijvoorbeeld een armenhuis, nu nog te zien aan de Lunsenhof. Het diaconale werk wordt uitgevoerd door het College van Diakenen, die daarvoor niet betaald worden. De diaconie vormt binnen de kerk een zelfstandige rechtspersoon met ANBI-status en eigen financiële middelen. Die krijgt ze bijvoorbeeld door collectes tijdens de kerkdienst, door giften of een nalatenschap. Zo is ook het bosperceel is in de jaren dertig van de vorige eeuw nagelaten aan de diaconie, vermoedelijk met de gedachte dat de houtopbrengst ten goede zou kunnen komen aan de armen. Omstreeks die tijd is het midden van het perceel als productiebos beplant met lariks (het te kappen gedeelte). Langs de randen en aan de kant van de Bosweg staat wat gevarieerder beplanting met vooral eiken, berken en allerlei struikgewas (het gedeelte dat blijft staan).
Bosbeheer en veiligheid
Lange tijd is er beperkt onderhoud aan het bos gepleegd. De afgelopen jaren lag de nadruk op het weghalen van de bomen die een mogelijk risico voor voorbijgangers vormden. Sinds een poosje is er in een gedeelte van het bos opnieuw een openluchttheater aangelegd door de Stichting Rondom Magnus. De aanleg daarvan vormde de aanleiding om het beheer van het bos eens grondig tegen het licht te houden. Daarbij kwamen een paar dingen naar voren:
- In het verleden is het bos onvoldoende gedund en dus zijn de bomen relatief lang en slank geworden. Ze hebben te weinig ruimte om zich in de breedte te ontwikkelen. Het bos is niet geschikt om nu nog te dunnen, omdat de meeste bomen op zichzelf niet stevig genoeg staan. Vrijstaand zijn ze te vatbaar voor de wind.
- We willen het bos graag voor iedereen vrij toegankelijk houden. Maar ook in Nederland ontstaat geleidelijk aan een claimcultuur wat betreft verantwoordelijkheid van boseigenaren voor incidenten op hun terrein. Om het bos voor iedereen veilig en vrij toegankelijk te houden, is daarom ingrijpend onderhoud nodig, wat hoge kosten met zich meebrengt.
- Hoe drukker een bos bezocht wordt, hoe hoger het veiligheidsrisico wordt ingeschat. Bij een gangbaar wandelbos kun je aangeven dat de toegang op eigen risico is (wat inmiddels op bordjes bij het bos staat) of in een uiterst geval de toegang verbieden. Wanneer je mensen uitnodigt, kan dat niet. Bij gebruik van het bos als openluchttheater speelt veiligheid dus een grote rol.
- Ook wat betreft het beheer van het bos telt veiligheid zwaar. Omzagen van bomen mag alleen door gecertificeerde mensen binnen een vast veiligheidsprotocol gedaan worden.
De overwegingen om de lariks in één keer te kappen
De diaconie kan (ook in financieel opzicht) geen aansprakelijkheid dragen voor ongevallen, letsel of schade (bijvoorbeeld aan de theatertent van de Stichting Rondom Magnus) door omgevallen bomen. De inschatting is, dat de lariks in toenemende mate een risico zal vormen, ook al staan de bomen er tot nu toe zonder incidenten. Een aantal bomen is al weggehaald om omwaaien te voorkomen. Ook komen er steeds vaker extreem weersomstandigheden voor, ook ’s zomers wanneer de naaldjes nog aan de bomen zitten en ze dus extra vatbaar zijn voor wind.
We hebben bekeken of gefaseerd kappen een optie zou kunnen zijn. Maar het weghalen van een deel van de bomen maakt de overige kwetsbaarder voor wind en vergroot op zijn beurt het risico van omwaaien. Ook kost het gedeeltelijk weghalen van de bomen per saldo veel meer (diaconaal) geld en is de kans op schade aan de nieuwe aanplant groter.
Op basis van al deze overwegingen, hebben we besloten dat we het beste op korte termijn alle lariks kunnen kappen. Uitstel nu geeft in de nabije toekomst alsnog ‘pijn’ en daarbij mogelijk schade aan bomen en planten die nu geplaatst worden. Ook willen we geen veiligheidsrisico’s lopen voor bezoekers van het bos en voor gasten van de stichting Rondom Magnus.
Wat gaat er gebeuren?
We hebben vergunningen voor kap en herbeplanting van het bosgedeelte met lariks aangevraagd. Incidentele andere grote bomen in die zone (vooral Amerikaanse eik) blijven -als het qua veiligheid kan- staan, zodat het geheel iets minder kaal oogt.
Voordat de lariks gekapt wordt, wordt een wettelijk verplichte flora- en fauna-inventarisatie uitgevoerd. De plantgaten voor de nieuwe boompjes worden niet dieper dan 30 cm, zodat geen archeologisch onderzoek vereist zal zijn. Dat betekent dat we geen grote (tevens duurdere) bomen planten. De verwachting is, dat de nieuwe beplanting in twee tot drie jaar zo hoog is dat je er niet meer overheen kunt kijken. In de praktijk blijkt verder, dat het binnen tien jaar niet meer uitmaakt of je met groter of kleiner plantmateriaal begonnen bent.
Het wordt een bos dat in de hoogte veel meer lagen heeft dan nu. Dat geeft niet alleen een natuurlijker aanblik, het biedt ook meer kansen voor allerlei soorten dierenleven. De nieuwe aanplant vormt een gevarieerd bestand van diervriendelijke inheemse soorten. Er komen onder andere boomsoorten die hier in de oertijd gegroeid moeten hebben, zoals eik en linde. Inheemse soorten trekken namelijk veel meer diersoorten aan dan de meeste exotische, zelfs als die alweer een paar eeuwen in Nederland groeien. Zo leven op een Amerikaanse eik misschien 15 diersoorten, op een inheemse eik al gauw enkele honderden.
In overleg met Landschapsbeheer Drenthe wordt een inrichtingsplan gemaakt. Daarbij werken we samen met de stichting Rondom Magnus, die onder andere rondom het openluchttheater een beschuttende rand van bomen en struiken gaat aanleggen. Het idee is, samen het hele gebied in één keer aan te leggen. Als het lukt, zou het mooi zijn om dan aan te sluiten bij de nationale boomfeestdag in maart. We vertrouwen erop, dat het Speulkoelbos over een tijdje weer een mooi bos voor alle Anloërs en andere gasten wordt!
Namens de diaconie van de Magnuskerk, Karin Elema